15.11.2024 Varia

Het Gilde Onze lieve Vrouw van Jesse

Het Gilde is versterkt met nieuwe leden !

Op dinsdagavond 12 november zijn in een mooie ceremonie in de Mariakapel van de Maria van Jessekerk 3 Gildevrouwen geïnstalleerd, dwz officieel opgenomen als leden van het Gilde Onze Lieve Vrouw van Jesse.

De nieuwe Gildevrouwen zijn Jacqueline Kleberg, Roseriet Kerklaan en Andrea Amoureus.

De Gildekapelaan van het Gilde OLVvJ, Pastoor Walter Broeders sprak tijdens de ceremonie de volgende overweging uit:

Als lid van de Gilde O.L. Vrouw van Jesse krijgen de leden een mantel omgehangen. Er zijn Bijbelverhalen waar een mantel een cruciale rol speelt. De mantel heeft te maken met de rol die iemand vervult. Er is de profetenmantel van Elia die hij achterlaat voor zijn opvolger Elisa. Zodra deze de mantel van Elia oppakt, treedt hij in de profetische voetsporen van zijn voorganger. In het evangelie probeert de vrouw die aan inwendige bloedingen lijdt, Jezus aan te raken via zijn mantel in het gelovige vertrouwen dat zijn profetenmantel al genezing brengt.

De mantel die koningen en priesters scheuren ten teken van rouw of boosheid, zijn evenzeer uiterlijke tekenen van een innerlijke gesteldheid. Denk aan de mantel van Martinus, natuurlijk een soort jas, bescherming van zijn lichaam tegen de kou, maar toch, hij deelt die mantel, hij deelt wie hij is, met de bedelaar aan de poort van Amiens.

Ook wij dragen de mantel: Wie willen wij zijn als manteldragers voor de parochie, voor de mensen om ons heen? Draag de mantel met eerbied en respect, niet als een pronkstuk, maar als een uiterlijk teken wat wij innerlijk voelen en willen uitdragen.

Moge de Heer ons daartoe zegenen.

Na deze ceremonie bestaat het Gilde OLVvJ uit de volgende leden:

Gildedeken Bert Ettekoven

Gildekapelaan: Walter Broeders

Gildemeesters/Gildevrouwen: Paul Dresmé, Carola Holland, Olaf Holland, Olaf van der Aa, Vincent Schuurmans, Maria Schuurmans, Roseriet Kerklaan, Andrea Amoureus, Jacqueline Kleberg, Arthur Bolder en de voorzitter van Virgiel (qualitate qua).